Vraag en antwoord IDL

Heb je vragen omtrent Investeringsfonds Duurzame Landbouw?
Kijk eerst hier of je vraag en het antwoord er bij staat.

Over IDL

Het Investeringsfonds Duurzame Landbouw verstrekt langlopende achtergestelde leningen (risicodragend kapitaal) aan agrarische ondernemers die willen overstappen op een duurzame bedrijfsvoering. Deze leningen helpen om de totale financiering van de investeringen naar duurzaamheid rond te krijgen. Een cofinanciering van de bank en/of een andere financier is verplicht.

Het gaat daarbij om leningen, die terugbetaald moeten worden.  Het IDL verstrekt de leningen onder gunstige voorwaarden (rente 1%, lange looptijden van maximaal 12 jaar, geen zekerheden gevraagd en een aflossingsvrije periode gedurende maximaal 6 jaar).

Als agrarisch ondernemer wil je naar een wezenlijk andere bedrijfsvoering, bijvoorbeeld: een systeemveranderingen richting kringlooplandbouw, biologische landbouw of natuur-/landschapsinclusieve landbouw.

Ja, tussentijds en vervroegd boetevrij aflossen is te allen tijde toegestaan.

Het IDL is er voor alle bedrijven en ondernemers die actief zijn in de primaire agrarische sector. Ook startende en nieuwe ondernemers kunnen dus een beroep doen op het IDL. Wat daarbij wel van belang is, is het feit dat de beoordelingscommissie bij de beoordeling nadrukkelijk kijkt naar het verschil tussen de huidige en toekomstige situatie op de bewuste bedrijfslocatie. Als startende of nieuwe ondernemer is het daarom belangrijk om goed te kijken naar de huidige situatie op de beoogde bedrijfslocatie en hoe deze situatie verandert door de verduurzamingsmaatregelen die toegepast gaan worden.

Voor het IDL is het van belang dat er verduurzaamd wordt en dat er een integrale omschakeling plaatsvindt, waarbij positief wordt bijgedragen aan 5 van de 8 gestelde doelen. Als verbreding van de activiteiten bijdraagt aan de verduurzaming van de bedrijfslocatie, dan komt een dergelijk plan dus zeker in aanmerking voor een financiering vanuit het IDL.

Belangrijk is dat de agrarische ondernemer integraal duurzaam gaat werken. Alle duurzaamheidsmaatregelen die een aanvrager daarbij wil inzetten kunnen onderdeel uitmaken van het plan. Het is aan de aanvrager zelf om dat in beeld te brengen. Je kunt dan denken aan:

  • Het omschakelen naar biologische landbouw, een natuurinclusief bedrijfsmodel, of naar kringlooplandbouw
  • Een nieuw teeltconcept waarvoor nieuwe (zaai-/wied-/oogst-) machines nodig zijn, of investeringen in machines voor niet-kerende grondbewerking, of bijvoorbeeld precisiebemesting
  • Investeringen in beplanting (voor agroforestry of landschapselementen) onderdeel uitmaken van het plan.

De maatregelen moeten dus onderdeel zijn van een integrale aanpak die aan ten minste vijf van de acht duurzaamheidsdoelstellingen bijdraagt, en op geen van de andere duurzaamheidsdoelen tot achteruitgang leidt. Reductie van stikstofemissie is een harde voorwaarde.

Er zijn op voorhand geen duurzaamheidmaatregelen uitgesloten. Afzonderlijke duurzaamheidsmaatregelen echter, die geen onderdeel uitmaken van een integrale aanpak, komen niet afzonderlijk in aanmerking voor financiering vanuit het IDL. Het enkel aanpassen van een stal of alleen zonnepanelen plaatsen is dus niet voldoende. Daarvoor zijn mogelijk wel andere  financieringen beschikbaar via het Groenfonds. Voor het Omschakelprogramma (en dus ook voor het IDL) gaat het altijd om een samenhangend pakket van maatregelen en investeringen in de duurzame bedrijfsvoering met een perspectief op de langere termijn.

Kort samengevat is de tegenprestatie die van ondernemers wordt verwacht verduurzaming. Om aanspraak te kunnen maken op een financiering uit het IDL zal er een integrale omschakeling naar een duurzamere bedrijfsvoering op het bedrijf plaats moeten vinden. Wat hierbij van belang is, is het feit dat de maatregelen die de ondernemer in zijn verduurzamingsplan opneemt allemaal worden uitgevoerd na het verstrekken van een financiering uit het IDL.

Het IDL verstrekt een lening en deze dient terugbetaald te worden. Het is dus geen subsidie. Maar de lening helpt wel om een lange transitieperiode te overbruggen, dankzij een lange looptijd (maximaal 12 jaar) en een lange aflossingsvrije periode (maximaal 6 jaar). Ook is de rente erg laag (1%) waardoor de financierginslasten nauwelijks drukken op de exploitatie. Deze modaliteiten (tijdwinst en lage financieringslasten) maken bepaalde businesscases die anders niet financierbaar zijn toch haalbaar.

Financiering IDL

Agrariërs die in aanmerking willen komen voor financiering vanuit het IDL kunnen eerst deze checklist nalopen. Als je voldoet aan de eisen, kun je het aanmeldformulier invullen, waarmee de aanvraagprocedure wordt opgestart.

Ja. Een agrarisch ondernemer die reeds een omschakeling is gestart en deze wil afronden waarbij hij stappen zet die bijdragen aan de duurzaamheidsdoelen, komt ook in aanmerking en kan een aanvraag indienen.

Bij het IDL is er per definitie sprake van private cofinanciering. De (huis)bank of biologisch financier van de ondernemer kan een mogelijke cofinancier zijn. Maar ook niet bancaire partijen zoals crowdfunding, familie, investeerders, goede doelenfondsen, gunstige pachtconstructies ect. mogen de cofinanciering voor hun rekening nemen. Het is dus niet verplicht een bank als cofinancier te hebben, maar mocht deze afzien van financiering is het wel van belang een andere private cofinancier te vinden.

Nee, een financiering vanuit het IDL mag en kan niet gebruikt worden om bestaande (bancaire) financieringen af te lossen.

Ja, financiering vanuit het IDL is staatssteun, omdat de modaliteiten van de omschakelleningen veel soepeler zijn dan de markt kan aanbieden. Dat is ook goedgekeurd, vanwege het maatschappelijk belang dat daarmee gediend is. De staatssteun wordt geoorloofd verleend op basis van de Landbouw Vrijstellingsverordening (Artikel 14). Bij de aanvraag berekent het Groenfonds voor elke aanvraag precies hoeveel staatssteun verleend mag worden. Die berekening ligt aan de basis van het financierginsoverleg met de aanvrager en private cofinanciers, zoals de banken.

Grondkosten mogen maar voor een beperkt deel gefinancierd worden uit het IDL zelf, namelijk maximaal 10% van de volgens de EU ‘in aanmerking komende investeringskosten’. Die beperking is het gevolg van de Europese staatssteunregels. Als de extra grondkosten voor de omschakeling hoger uitvallen dan die 10%, dan moet de financiering opgebracht worden door cofinanciers, bijvoorbeeld banken of andere fondsen. Ook is mogelijk om grond door een derde te laten verwerven en tegen een (lage) pacht in gebruik te krijgen.

Omschakelprogramma

Voor boeren en tuinders die willen omschakelen naar een duurzame manier van produceren is de financiering vaak een belemmering. Met het Omschakelprogramma ondersteunt het ministerie van LNV agrarische ondernemers bij het versneld extensiveren of omschakelen naar een meer duurzame en stikstofarme bedrijfsvoering. In totaal is hier 175 miljoen euro voor beschikbaar.

Het Omschakelprogramma van het ministerie van LNV bestaat uit verschillende onderdelen, die in de loop van 2021 van start zijn gegaan.

  • Investeringsfonds Duurzame Landbouw (Pilot) van 13 juli 2021 tot en met 31 december 2023 met een fondsvermogen van € 31 miljoen
  • Subsidieregeling Bedrijfsplan voor omschakeling van november 2021 tot en met 2023.
  • Subsidieregeling Demonstratiebedrijf van november 2021 tot en met 2023.
  • Werkkapitaalregeling Omschakelprogramma (BL Plus) vanaf november 2021
  • Investeringsfonds Duurzame Landbouw (Structureel) vanaf 2024 met een fondsvermogen van € 130 miljoen

Financiering aanvragen?

Bekijk of jouw plan in aanmerking voor een IDL-financiering komt door het doorlopen van deze checklist.