Koeien produceren alleen melk, wanneer ze kalfjes krijgen. Dat geldt ook voor Jersey runderen, die gehouden worden vanwege de smaakvolle melk, waarvan onder andere de bekende Remeker kaas wordt gemaakt. Omdat het Jersey-ras klein is en langzaam groeit, was het niet aantrekkelijk om stierkalfjes op te fokken voor consumptie. Daarom werden tot voor een paar jaar vrijwel alle stiertjes na tien dagen ‘verwerkt’: meer afval, dan voedsel. Jacob Beeker en Linda Heemskerk trokken zich het lot van deze dieren aan. Jacob: ‘Wij zijn zes jaar geleden begonnen met twee stiertjes, voor eigen slacht. Later hebben we vanuit ons rijtjeshuis een grotere groep stieren laten rondlopen op gepachte grond. Het lukte ons om deze kalfjes op te fokken zonder antibiotica. Het duurt lang voor ze op gewicht zijn, maar dan heb je prima vlees. Inmiddels verkopen zes biologische winkels het Jersey-vlees en heefteen aantal restaurants het op de kaart staan. Daarnaast hebben we de eigen landgoedwinkel en een webwinkel, waar vleespakketten besteld kunnen worden. Tot nu toe overtreft de vraag nog steeds het aanbod.’